Als masseur ben je in de weer met het lichaam van je cliënt: spieren en huid vormen de aangrijpingspunten van je handelen. Maar behalve deze fysieke structuren ben je ook actief in het ‘energetisch lichaam’ van je cliënt. Iedere masseur kent het fenomeen dat je na sommige behandelingen extreem moe kunt zijn; sommige cliënten lijken je energetisch ‘leeg te zuigen’ en van andere cliënten krijg je juist energie! Behalve de energetische toestand van je cliënt speelt natuurlijk ook je eigen energie een grote rol in dit verhaal.
In het westen is men -in tegenstelling tot het oosten- niet echt bezig met dit begrip ‘energie’, terwijl het toch zo’n grote rol speelt in ons dagelijks leven. Vanuit India en de Yoga-traditie komt het begrip ‘Prana’ en de Chinesen en Japanners spreken respectievelijk van Qi en Ki. Maar in wezen gaat het om hetzelfde fenomeen: een universele vorm van energie.
Qi Gong vormt een onderdeel van de Traditionele Chinese Geneeskunde (TCG) en letterlijk vertaald betekent het ‘de vaardigheid om met energie om te gaan’. En dit dan in de ruimste zin van het woord: allereerst inzicht krijgen in je eigen energiehuishouding. Het leuke van Qi Gong is dat het niet blijft bij vage theorieën maar deze energie ook echt subjectief voelbaar is in het lichaam. Je kunt het voelen stromen; je kunt energie opnemen vanuit de omgeving om het daarna te sturen binnen je lichaam en -indien gewenst- opslaan en vasthouden. Vóór een behandeling -dan kan de energie ten goede komen aan je cliënt- of erna, om je weer op te laden. Qi Gong kan zo een zinvolle toevoeging voor je cliënt zijn op je massage; jouw massage krijgt daardoor een extra dimensie.
Met spreekt van Medische Qi Gong om aan te geven dat het in eerste instantie gaat om de fysiek-energetische gezondheid te bevorderen. Dit ter onderscheid van de meer spirituelere richtingen binnen de Qi Gong. Maar het zal duidelijk zijn dat inzicht en vaardigheid in de eigen energetische toestand ook geestelijk zijn positieve effecten heeft.
Inzicht in het eigen ‘energetisch’ functioneren is dus nummer één.
